28 april 2012

 

 

 

Zaterdagochtend 8u. zitten we aan het ontbijt. Je kunt zien dat het ijs is gebroken. Gisteravond met het diner en later aan de bar hebben we kennis met elkaar gemaakt en we worden wat losser in de omgang. Om 9u. moeten we bij onze instructeur zijn voor de komende twee dagen. Ik zit bij Toni, in het dagelijks leven heeft hij een parttime baan en is eigenaar en enig werknemer van een motorrijschool. Verder 2 dames, 3 heren en ik dus. De motoren zijn variërend van BMW 650 GS/1200 GS, Honda Pan European, Suzuki VStrom 1000, Yamaha Fazer en een Harley. Onze instructeur rijdt op een Yamaha FJR 1300, hij is klein van postuur maar rijdt erop alsof hij met de FJR vergroeid is. Eerst een rondje voorstellen en aangeven wat we van deze bergtraining verwachten. Als ik zeg dat ik kom voor in het bijzonder het korte bochtenwerk krijg ik bijval van de andere cursisten. Raar dat geen van hun dat heeft aangegeven toen ze zich voorstelden. Het is de bedoeling dat we een route gaan rijden en om de beurt voorop gaan met in onze kielzog de instructeur. Mijn enige verzoek aan de rest is of ik niet als eerste het kopwerk hoef te doen, ik ben n.l. nog altijd de diesel. Eerst ff wennen en op gang komen, dan komt het goed. We rijden in gezapig tempo. Ieder half uur staan we stil en bespreken hoe de koprijder gereden heeft, ook wordt er uitgelegd wat de aandachtspunten zijn en waar we op moeten letten. Ik ben als 4e aan de beurt, als mijn beurt geweest is blijkt dat mijn tempo goed is. Dat is dus iets waar ik niet meer aan hoef te twijfelen, alleen twee keer een verkeerde wegpositie gehad maar goed dat er geen tegenliggers waren. Als we weer onderweg zijn vraag ik me af wat ik er van vind, eigenlijk verveel ik me. We tuffen nu met zo’n 40 km van bult af. Ik weet wel dat ik ook zo gereden heb maar dit is niet wat ik wil. Ik wil mijn stuurkunsten en rijvaardigheden verbeteren. Bij de koffiepauze krijgen we er een cursist bij. In de groep waar hij zat voelde hij zich niet op zijn gemak qua kunnen en dat is niet de bedoeling. Dat biedt perspectief voor mij en vraag Toni of ik niet naar een groep waar het er wat sneller aan toe gaat. Eerst wil hij mij in de groep zetten waar de andere cursist uit komt maar besluit te overleggen met de overige instructeurs. En zowaar ik kom bij Gerard in de groep met instructeur Arno in het dagelijks leven lid van de politie, hij is vergroeid met een BMW 1150 GS Adventure. Jammer voor Gerard dat zijn controleur nu bij hem in de groep zit, dit tot leedvermaak van de overige cursisten. Deze groep bestaat uit een Kawasaki (een kleine lichte motor met een zelfde postuur meisje erop die op jonge leeftijd ook al vergroeid is met haar motor), twee oude BMW politiemotoren K100 bestuurt door twee broers, deze K100 met Schurgerkuip zien er niet uit. Ze hebben ze als kavel van 8 motoren gekocht bij een verkoop van de Domeinen en hebben nu voldoende onderdelen op voorraad, en ze zijn de broers van het Kawaskimeisje, een BMW F850, een Triumph Cruiser en wij 2en met onze BMW 1200 GS. Na de lunch kom ik als 3e of 4e te rijden in het zicht van de instructeur. Het tempo ligt beduidend hoger als in mijn vorige groep, nu moet ik werken, ik voel de rijwind, het doet me goed. Aan het eind van de dag ben ik moe maar met een goed gevoel, ik ben blij dat ik om een snellere groep heb gevraagd. Arno vraagt of ik morgen ook weer met ze mee wil. Voorwaarde is wel dat ik voorin moet rijden en aansluiting moet houden. Ik mag geen gaten laten vallen, de groep moet bij elkaar blijven. Later die avond verteld Gerard dat toen hij voorop moest de GS heeft uitgeprobeerd en zijn frustraties eruit gereden heeft. Ik ben verbaasd. Welke frustratie? De frustratie blijkt te zijn het feit dat hij zolang zware motoren zoals de FJR heeft gereden en geen GS. De GS leent zich uitstekend voor het bochtenwerk, laag zwaartepunt en de kracht onderin zijn een unieke combinatie. En het feit dat het een BMW is? Nou ja dat is niet anders.